Wat is hand-voetsyndroom?
Als je een chemotherapie ondergaat, kun je last krijgen van het hand-voetsyndroom. In de medische literatuur noemen we het hand-voetsyndroom: palmoplantaire erytrodysesthesie.
Op je handpalmen en/of voetzolen kunnen onder andere roodheid, blaren, schilfers, jeuk en pijn ontstaan. Deze verschijnen binnen dagen, weken of maanden na de start van de chemobehandeling. Als je stopt met de behandeling, verdwijnen deze huidklachten ook weer.
Het hand-voetsyndroom kent verschillende graden/fasen van mild (weinig last) tot ernstig (veel pijn). Bekijk op deze pagina de verschillende fasen/symptomen en wat je er zelf aan kunt doen. Bespreek altijd je klachten met je arts of verpleegkundige.
Hoe ontstaat het hand-voetsyndroom?
Bij kanker is er meestal sprake van kankercellen die zich (te) snel delen. Chemotherapie richt zich op die snel delende cellen door ze te doden of de celdeling te remmen. Door deze werking worden de tumoren kleiner en kan de kanker genezen.
Ook de celdeling van gezonde cellen kan worden beïnvloed door de chemotherapie. Met name de snel groeiende cellen kunnen er last van hebben zoals, haarzakjes, slijmvliescellen, beenmergcellen en ook de cellen van de huid. Welke bijwerkingen je kan krijgen hangt af van meerdere factoren zoals met welk soort chemotherapie je behandeld wordt.
Een bijwerking die je door chemotherapie kan krijgen is het hand-voetsyndroom. Het “mechanisme” achter het ontstaan van deze bijwerking is niet exact bekend.
Van de patiënten die met capecitabine* behandeld worden krijgt 77% het hand-voetsyndroom. Ook andere cytostatica kunnen de veroorzaker zijn van deze bijwerking zoals; doxorubicine, docetaxel, cytarabine, fluorouracil
*Kwakman JJM et al. Ann Oncol, 2017;28(6):1288-93